KLIK HIER VOOR INFORMATIE
OVER DE SITE

COLUMNS

Over belevenissen en inzichten

CLICK HERE FOR
THE PARENT SITE
and SITE SEARCH


Ordinair taalgebruik

Iemand zei eens heel stoer het volgende tegen mij over een jonge vrouw waar hij zich aan ergerde: 'die mokkel moet eens een beurt hebben'. Met die opmerking deed hij het vóórkomen dat het die vrouw in psychische zin goed zou doen als de één of andere man eens 'de lakens met haar zou gaan delen'. De betreffende uitdrukking wordt vooral gebezigd bij de omgang met een vrouw die er zelf heel erg van overtuigd lijkt te zijn dat zij qua uiterlijke schoonheid 'een godswonder' is. Met deze opmerking leek diegene ook te willen suggereren dat die vrouw na die belevenis wel weer 'met de beide voeten op de grond' terug zou komen. Met andere woorden 'dat zij door die ervaring zou gaan ontdekken dat haar schoonheid toch eigenlijk maar heel betrekkelijk is. Hij wilde dus dat haar op deze wijze eens een lesje zou worden geleerd. Uit die opmerking viel bovendien op te maken dat hij een rare en neerbuigende mening over vrouwen had. Zijn houding tegenover vrouwen had iets in zich van een gevaarlijk soort agressie tegenover vrouwen in het algemeen. Op zijn minst was die opmerking echter zeer beslist óók een vorm van ordinair*) taalgebruik.

Mensen die tientallen jaren lang vrijwel niet hun moederstaal hebben gebruikt, maar die dat op zeker moment ineens wel gaan doen, moeten oppassen bij het gebruik van woorden die op dat moment wel eens als ordinair zouden kunnen worden ervaren. De gevoelswaarde van die woorden kan in de loop van al die jaren sterk zijn gewijzigd. Woorden die zij in hun kindertijd zonder enige scrupule gebruikten, kunnen later soms niet meer door de beugel. Het is dan vooral oppassen geblazen met woorden die de menselijke secretie of uitscheidingen aanduiden. Het gaat dan ondermeer voor woorden voor de aanduiding van de afscheiding van speeksel, van talg, van melk, van zweet, van hormonen, en van de afscheiding van allerlei stoffen door bacteriën. Maar ook geldt voor het gebruik van woorden die het uitstoten van zaadvloeistof aanduiden. Of voor woorden die het zich ontdoen van de ontlasting betreft. Of voor woorden betreffende het uitwateren van de urine. Of voor woorden betreffende het overgeven van braaksel. Of met woorden voor het verrichten van de geslachtsdaad.

Maar het gaat met name ook voor woorden die gebruikt worden om de lichaamsdelen aan te duiden waaruit die verschillende producten naar buiten komen. Die lichaaamsdelen worden al gauw als 'vies' beschouwd, ook al zijn ze op dat moment nóg zo schoon. Niet de mate van hygiëne van die lichaamsdelen is daartoe van feitelijk belang, maar de gedachte van de mensen welke die lichaamsdelen aanduiden. Vooral de gedachte van mensen aan de functie van die betreffende lichaamsdelen wordt in dat geval als 'vies' beschouwd. Hoewel het dan niet zozeer om de personen zelf gaat welke die lichaamsdelen bezitten, maar juist om de andere mensen welke die lichaamsdelen bezitten. Niet de feitelijke mate van hygiëne bij de andere mensen is wat dat betreft leidend, maar wel de gedachte aan de functies van die lichaamsdelen. Datzelfde komt naar voren bij het advies wat mensen bij tijd en wijle van andere mensen krijgen om altijd na toiletbezoek de handen te gaan wassen. Dus ook als de staat van hygiëne van de handen na toiletbezoek nog steeds van voldoende hoog niveau is. Zowel mannen als vrouwen hoeven niet bij ieder toiletbezoek noodzakelijkerwijs vieze handen op te lopen. Wel is voor mannen, zowel als voor vrouwen, de deurkruk en/of de knop van de spoelbak van het toilet een potentiële bron van besmetting.

Bij de opvoeding van kinderen wordt de eventuele belangstelling van die kinderen voor hun eigen lichaam ook gauw als 'vies' betiteld. Dus zonder dat concreet wordt gemaakt wat daaraan dan wel zo vies is. Dat is pedagogisch niet goed verantwoord. Maar ja, wat moeten ouders dan anders doen om te voorkómen dat zij zich op zeker moment niet voor hun eigen grut hoeven te gaan schamen. Eigenlijk zullen mensen iets slechts als ordinair kunnen beschouwen wanneer datgene henzelf choqueert.

Niet alles wat voor een ander bijvoorbeeld als buitengewoon vies wordt ervaren, is dat ook echt voor de persoon zelf. Hoe vies het volgende gegeven ook lijkt te zijn, toch hebben mensen over het algemeen geen enkele moeite met het opeten van het eigen opgedroogde snot. Mensen zullen er over het algemeen niet aan moeten denken om het snot van andere mensen op te gaan eten, maar het eigen opgedroogde snot eten mensen over het algemeen met zichtbaar genoegen op. Alleen de gedachte aan het feit dat men diezelfde substantie van andere mensen zou moeten opeten, wordt reeds als buitengewoon vies ervaren. Laat staan de waarneming van andere mensen die tot een dergelijke consumptie blijken te zijn overgegaan. Desalnietemin is het opeten van het eigen snot geen expliciet vieze gewoonte. Deze gewoonte is juist ook nog eens veel minder slecht dan men meent, als men zich bedenkt dat snot een goede bron is van antilichamen en antibacteriële stoffen.

*) Het Nederlandse woord 'ordinair' lijkt heel erg op het Franse woord ‘ordinaire’. Maar pas op! In de loop der tijd hebben die woorden heel verschillende betekenissen gekregen. Het Nederlandse woord ordinair betekent namelijk tegenwoordig niet alleen maar 'gewoontjes', maar juist met name 'minderwaardig' en 'platvloers'. Terwijl ‘ordinaire’ in het Frans echt alleen maar gewoon, middelmatig en gewoontjes betekent. Als men in het Frans platvloers en minderwaardig wil zeggen, gebruikt men het woord 'vulgaire’, wat hetzelfde betekent als het Nederlandse ‘vulgair’.